skip to main content
NL EN

VIS als onderdeel van Strategisch Management

Strategische Executie is een verplichte cursus (5 ECTS) binnen de Bachelor Finance & Control en de Bachelor Finance, Tax & Advice aan de HU. Naast het VIS-project verrichten de studenten in deze cursus andere/flankerende leeractiviteiten; het VIS_project is t.b.v. toepassing van het geleerde. Er wordt voor dit VIS-project samengewerkt met 3 internationale partners (Canada, Finland en Zwitserland). Dit is nodig om de hele groep Nederlandse studenten (125) te kunnen bedienen. Echter elke klas van de Nederlandse instelling heeft maar 1 internationale counterpart.

De uitvoering vereist een grote mate van flexibiliteit van de docenten.

Achtergrond

In 2015-16 zijn de betrokken docenten begonnen met International Online Student Collaboration vanuit de gedachte dat de kwaliteit van de leerervaring op dit onderwerp versterkt kan worden door het aanbrengen van internationaal perspectief (om dichter bij de realiteit van de beroepspraktijk te komen).

De VIS-subsidie (februari 2022) is aangewend om de bestaande Virtuele Internationale Samenwerking te herzien en verbeteren.

Beoogde verbeterpunten (herziening) van het VIS-project t.o.v. haar voorgangers:

  • Inbouwen Interculturele competentie;
  • Nauwere samenwerking met de internationale partners – meer gezamenlijk voorbereiden;
  • Tussentijdse (student)reflectie – inbouwen in de leeractiviteiten; 
  • Het project expliciet benutten voor IaH van eigen docenten – incl. trainen voor de international classroom.

Tot de VIS-aanvraag lag de focus van het project voornamelijk op de academische inhoud.

Thema, samenwerking en beroepsproduct van het VIS-project

Als adviesteam voor de Raad van Bestuur van een beursgenoteerd bedrijf schrijven NL en internationale studenten elk een fusierapport over de internationale fusie-kandidaat t.b.v. onderhandelingen over overname. Hiertoe raadplegen de teams financiële en andere relevante rapportages en hebben hierover regelmatig (onder docent-toezicht) e-contact met de internationale ‘collega’s’ van de fusie kandidaat. Daarna starten de adviesteams van de Nederlandse instelling en die van de partner gezamenlijk de onderhandelingen over de overname. Vervolgens houden zij een gezamenlijke persconferentie voor de (denkbeeldig aanwezige) aandeelhouders en andere stakeholders (milieuorganisaties, vertegenwoordigers van klanten, vakbond) van beide bedrijven, in bijzijn van docenten van beide universiteiten.

Het project beslaat een periode van 7 weken. De studenten komen synchroon 4 maal bij elkaar  (incl. docenten en studenten van de internationale partner) en minimaal 3 maal a-synchroon, daarnaast bereiden ze in hun (gemengde) groep wekelijks de opdrachten voor.

Het product dat de studenten opleveren is enerzijds de eindpresentatie van de uit-onderhandelde overname, anderzijds het rapport daarover, waarbij de gevolgen van de overname voor alle stakeholders in beide landen uitgelegd moeten worden – voor de overgenomen partij en voor de overnemende partij.

Voor de voorbereiding en uitvoering van het VIS-project maakt het docententeam gebruik van de expertise van de Stafdienst Internationalisering (voor inhoudelijke VIS-expertise en organisatorische en logistieke ondersteuning). Daarnaast is een trainer Intercultural Communication bij het VIS-project betrokken (voor het ontwikkelen van opdrachten voor de gemengde studentenwerkgroepjes en verzorgen van plenaire, synchrone Intercultural Warming-up sessie bij de start van het project in september).

Reflectie van het docententeam op de uitvoering van het VIS-project.

Toegevoegde waarde heeft het wanneer een International Relations man of -vrouw van de thuisinstelling bij het project betrokken kan worden.

De uitvoering vereist een grote mate van flexibiliteit van de docenten:

  • De partner kan steeds een andere zijn;
  • De docenten (thuis en van de partner) kunnen wisselen;
  • De partner kan last minute cancelen;
  • Het curriculum van de partner sluit niet precies (meer) aan;
  • Roosters verschillen;
  • Tijdsverschillen kunnen uitdagingen zijn.

“Hier moeten we in de toekomst nog meer aandacht voor hebben; om verrassingen zoveel mogelijk vooraf uit te sluiten. Dat betekent goede contacten opbouwen en onderhouden, en aan de andere kant ook een flexibele instelling, voor als toch onverwacht iets verandert.

Daarnaast nieuwe ontwikkelingen in het bedrijfsleven meenemen, overnames uit andere bedrijfstakken die interessant kunnen zijn overwegen, jaarlijks bijwerken van materiaal zoals jaarverslagen en persberichten.

Toegevoegde waarde heeft het wanneer een International Relations man of -vrouw van de thuisinstelling bij het project betrokken kan worden; een project als dit vereist netwerken op het goede niveau. Tenslotte is het bezoeken van de partner voor de eindpresentaties, voor een deel live (en de rest online), een mooie toevoeging.”